Groningen was de laatste Nederlandse provincie die werd bevrijd in april 1945, toen de Tweede Wereldoorlog ten einde liep. Veel Duitse soldaten werden in de rest van Nederland verslagen en trokken naar Groningen, maar omdat de stad Groningen dichtbevolkt was, werden er geen luchtaanvallen ingezet om de stad te bevrijden.
Dit resulteerde in hevige grondgevechten tussen de laatste Duitse soldaten en de Canadese bevrijders. De Duitse soldaten hadden zich op strategische plekken rondom het stadscentrum opgesteld en de Watertoren West was door zijn hoogte en ligging bij uitstek geschikt om het gebied te overzien. Tijdens deze gevechten beschadigde een beschieting van een Canadees 6-ponder kanon beide waterreservoirs zo erg dat een enorme massa water naar buiten spuwde. De Duitse soldaten moesten vanwege het stromende water de Watertoren verlaten en werden buiten opgewacht door de Canadese bevrijders. De Duitsers dreven letterlijk door het vele water naar buiten.
De kogelgaten bij de ingang van de toren en het gat van de inslag in de watertank (te zien in het toilet op de 7e verdieping) herinneren aan deze veldslagen.